CHRISTUS
Halverwege de jaren negentig krijgt het theologisch doordenken van waar het feitelijk om gaat in het christelijke geloof, handen en voeten in de praktische daden van Gerard.
Aan één kant staat hij als het ware nog midden in de traditie van het geloof, zoals dat tot hem was gekomen vanuit het fundamentalistische denken van de Volle Evangelie- en Pinksterbeweging.
Aan de andere kant werd hij verdraagzamer in zijn prediking en praktische daden als oprichter/directeur van De Schakel.
Zo werd roken niet langer veroordeeld als zonde, maar konden de christenen van De Schakel aldaar gewoon een sigaret opsteken.
Homofiele of lesbische verslaafden waren altijd al welkom om aan hun verslavingsprobleem te werken, maar nu werden ze niet langer met een scheef oog aangekeken.
Ze konden ten volle deelnemen aan het herstelprogramma met betrekking tot hun verslaving.
Ook, om nog maar wat te noemen, konden zij praktiserend gelovige worden zonder enige vorm van uitsluiting.
De in het centrum opgenomen verslaafden van islamitische komaf, werden niet langer verboden om te bidden op hun eigen wijze.
Sterker nog, er werd in De Schakel een aparte gebedsruimte voor hen gecreëerd.
Zoals te doen gebruikelijk onder christenen, gaf dit hier en daar wel de nodige spanningen, met name onder die stafleden die vonden dat het christelijk geloof verkwanseld werd, dat wil zeggen dat hun visie op hoe men moet geloven fundamenteel werd aangetast.
Bovengenoemde spagaat in het religieuze denken en handelen van Gerard, kwam ook tot uiting in zijn prediking.
” De spagaat in het religieuze denken en handelen van Gerard kwam ook tot uiting in zijn prediking; zo werd de Bijbel nog steeds afgeschilderd als het volledig onfeilbare woord van God. De samenkomsten stonden als het ware volledig in het teken van het handhaven van de christelijke traditie “
Zo werd de Bijbel in die periode nog steeds afgeschilderd als het volledig onfeilbare woord van God, werden er iedere maand doopdiensten gehouden en het Heilig Avondmaal gevierd in het kerkgebouw van De Schakel.
Deze samenkomsten stonden als het ware volledig in het teken van het handhaven van de christelijke traditie.
De hierboven beschreven veranderingen c.q. tolerantie op de gedragingen van mensen, vonden vooral plaats in het doordeweekse programma waar de cliënten van De Schakel verplicht aan meededen.
Gerard zou de kans niet meer krijgen om dit hinken op twee gedachten, de traditie en Christus, volledig te doorbreken en van De Schakel een echt centrum van Christus te maken.
Immers, in 1999 werd hij valselijk beschuldigd van zedenmisdrijven, wapenhandel, handel in verdovende middelen, verkrachting en het oogluikend toestaan van prostitutie.
Dit resulteerde in zijn arrestatie en een detentieperiode van 103 dagen.
De Schakel zou al de daarmee gepaard gaande negatieve publiciteit niet overleven en hield dus op te bestaan.
Ook de afstudeerscriptie waar Gerard aan begonnen was, heeft hij door alle doorstane twee jaar durende psychische en emotionele spanningen niet meer kunnen afschrijven, daar de Vrije Universiteit op een geheel andere leest werd geschoeid, namelijk het Amerikaanse onderwijssysteem.
Zo werd ook deze tweede mijlpaal in het leven van Gerard vernietigd; eerst De Schakel en daarna zijn afstuderen als doctorandus.
Wat echter niet was vernietigd, was en is zijn rotsvaste vertrouwen in Christus, alsmede zijn theologische doordenking van deze God op aarde.
” Hij heeft met eigen ogen gezien en ervaren wat traditie doet met de gedachten en bedoelingen van Christus Zelf; andersdenkenden worden buitengesloten, medemensen die hulp nodig hebben worden afgewezen “
In de loop van de eenentwintigste eeuw heeft hij radicaal gebroken met de opgebouwde tradities van de kerken na de vierde eeuw AD.
Hij heeft gekozen om te breken met deze traditie, enerzijds vanwege de bloedige en wrede geschiedenis van de officiële kerken door alle eeuwen heen, anderszijds omdat christenen, zij die zich bij een kerk, welke dan ook, aansluiten, geconfronteerd worden met regels en gedachtengangen die hen langzaam maar zeker, bewust of onbewust, dwingen om te gaan geloven wat de betreffende traditie hen voorhoudt.
Staande in één van zo’n traditie, die van de Volle Evangelie- en Pinksterkerken, heeft hij met eigen ogen gezien en ervaren wat dit doet met de gedachten en bedoelingen van Christus Zelf.
Wapens worden gezegend, oorlogen worden rechtvaardig verklaard, andere kerken buiten de eerder genoemde beweging, worden in meer of mindere mate verketterd in waar zij voor staan, wat zij geloven.
Andersdenkenden worden buitengesloten, minderheden worden behandeld als minderwaardige mensen, asielzoekers worden buiten de deur gehouden, medemensen die hulp nodig hebben worden afgewezen, sexueel anders georiënteerden worden afgeschreven als zondaren en reddeloos verloren mensen.
De lijst wordt heel lang als al dit soort zaken benoemd moeten worden.
Zaken dus, die niets, maar dan ook echt helemaal niets, met het leven en het volgen van Christus te maken hebben.
Christus is liefde, helende liefde voor alle mensen.
Een liefde die niemand buitensluit, die in woord en daad inclusief is.
Die liefde van Christus vernietigt niets en niemand.
Die liefde voert geen oorlog om eigen belangen veilig te stellen.
Het is een liefde die alle weerstand doet verdwijnen.
Al het kwaad in de wereld kan door die liefde in de kiem worden gesmoord.
Die liefde van Christus is zo helend, dat het de macht van het geld breekt, de macht van de corruptie, de macht van het willen heersen over anderen doorbreekt.
Dat is Christus zelf, die met zijn liefde woning wil maken in het innerlijk van ieder mens die daar voor openstaat, ongeacht wie, wat en hoe je bent.
” Christus is liefde, helende liefde voor alle mensen. Die liefde van Christus vernietigt niets en niemand. Die liefde voert geen oorlog om eigen belangen veilig te stellen “
Dan zoekt men niet langer naar bijbelteksten om zichzelf te rechtvaardigen, dan breekt men met de misplaatste autoriteit van de Bijbel in zijn geheel, dan stopt men met het naleven van de traditie, omdat dat nu eenmaal zo hoort en men het zo heeft geleerd.
Gerard roept dan ook iedere lezer op, om goed te kijken naar de (kerkelijke) geschiedenis, naar het functioneren van de Canon in kerkgemeenschappen en naar het praktisch opereren van leiders en hun volgelingen in de kerken.
Ja, dat kan bedreigend worden, maar Christus zelf is geen bedreiging.
Bedreigend is, wat mensen met Christus hebben gedaan.
De historie spreekt hier boekdelen over.
Christus zit onder het stof en is nauwelijks meer herkenbaar in de wereld waarin wij leven.
Christus wordt vermengd met het populisme, rechts extremisme en white supremesists en verdwijnt daardoor in de spoelbak van het christelijk denken en handelen.
Wat er van overblijft, is een zeer matig aftreksel van waar Christus werkelijk voor stond en nog steeds voor staat.
Gerard heeft gekozen en dit heeft hem heel veel ruimte gegeven om het goede te doen voor alle mensen.